“We compacten ons suf, maar…” – Compacten/verrijken is vaak niet genoeg

Als je het hebt over aanpassingen in het onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen gaat het al gauw over compacten en verrijken. Daar is helemaal niets mis mee. Sterker nog, het is meestal noodzakelijk om het onderwijs – binnen het reguliere onderwijs – beter te laten aansluiten aan de behoeften van de hoogbegaafde leerling. Het is een middel om de onderprikkeling, ondervraagdheid en verveling (in elk geval gedeeltelijk) te ondervangen.

Het is echter ook een vrij eenzijdige aanpassing, meestal vrijwel puur gericht op de cognitie, op de intellectuele honger van de hoogbegaafde leerling. Die intellectuele honger is inderdaad groot en typeert hoogbegaafde leerlingen in sterke mate, maar het is niet het enige kenmerk waar rekening mee gehouden moet worden om hen goed in hun onderwijsbehoeften te voorzien.

Minstens net zo belangrijk om hoogbegaafde leerlingen goed uit de verf te laten komen en goed in zijn vel te laten zitten zijn hun :

  • grote behoefte aan autonomie
  • hun (vaak) grote creativiteit (niet te verwarren of gelijk te stellen aan kunstzinnigheid)
  • de behoefte aan een goede relatie met de leerkracht en
  • hun hunkering naar zin.

Zin

Hoogbegaafde leerlingen willen weten waarom ze dingen doen. Ze willen weten wat het nut ervan is. Wat de plek ervan is in het grotere plaatje (top-down denken)? Waar leidt het toe? Wat is de waarde ervan? Leg het ‘waarom’ regelmatig uit – ga er niet van uit dat het bekend is – en hoogbegaafde leerlingen zullen zich minder verzetten en gemotiveerder zijn.

Creativiteit

Bijna alle hoogbegaafde leerlingen hebben een grote behoefte aan verkennen, onderzoeken en ontdekken. Leerstof met een vooraf bekend doel of bekende uitkomst is veel minder prikkelend dan het onbekende. Geef ze regelmatig opdrachten waardoor ze kunnen ‘rondzwerven’, waarbij ze hun kennis en creativiteit moeten aanspreken en ze gaan helemaal aan.

Autonomie

Hoewel hoogbegaafde leerlingen zich uitstekend kunnen aanpassen en voegen naar autoriteit, zijn het – in elk geval van binnen – meestal geen makke schapen. Ze hebben een sterke behoefte aan autonomie. Aan regie over hun eigen leven en leerproces. Dat betekent niet dat ze alles kunnen overzien – het zijn immers nog kinderen – maar hoe meer inspraak je ze kunt geven, hoe gemotiveerder ze zijn. Zorg er hierbij voor dat de vrijheid wel gepaard gaat met verantwoordelijkheid.

Relatie

Net als alle andere kinderen hebben ook hoogbegaafde leerlingen behoefte aan een goede relatie met hun leerkracht. Omdat ze meestal erg gevoelig zijn, pikken ze emoties en oordelen vaak gemakkelijk op. Als je als leerkracht niet van je emoties of oordelen bewust bent, of als je ze probeert te verbergen, zal de hoogbegaafde leerling je een stuk minder vertrouwen, onzeker worden of zich mogelijk van je afkeren. Wees open, eerlijk en authentiek en ze zijn als was in je handen (een soort van).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *